Verslag van rechtzaak NVU-tegenstander
Onlangs stond een tegenstander van de Nederlandse Volks-Unie voor de politierechter in Almelo. Hij werd opgepakt op 28 mei in Enschede, toen honderden mensen protesteerden tegen de nazi-mars van de NVU rond het station.
Hij werd beschuldigd van met een of meer anderen openlijk geweld te hebben gepleegd door stenen of harde/zware voorwerpen in de richting van de NVU-demonstranten te hebben gegooid. Ook werd hem baldadigheid op de openbare weg verweten.
De arrestant verklaarde dat hij in eerste instantie niet wilde gaan, dat hoe minder mensen er zijn, hoe minder mensen naar die nazi’s luisteren. Zijn Duitse vriendin overtuigde hem toch te gaan, want het is echt nodig, niet alleen in Duitsland. De situatie rond de NVU-demonstratie was hectisch; hij werd aan de kant geduwd, een man naast hem werd neergeslagen door een ME’er op een paard en hij heeft geholpen om de weg vrij te maken om de ambulance door te laten. Verder is hij uit de buurt gebleven. Ter hoogte van de Molenstraat liep hij achter een paar gebouwen langs, waar mensen stenen aan het oprapen waren. Hij pakte echter drie eieren aan van iemand en gooide die over een politiebusje in de richting van de NVU-demonstranten. Hij heeft niet gezien of hij iets of iemand heeft geraakt. Hij wilde met het gooien van de eieren de nazi-demonstrant ontmoedigen, dat-ie in de trein terug onder de eierstruif zou denken; volgende keer ga ik niet meer. Hij heeft overigens geen moment gedacht dat het zou escaleren.
Hij vraagt zich af hoe de verbalisant gezien kan hebben dat hij een steen heeft gepakt en gegooid, terwijl dit niet zo is gebeurd. Bij zijn arrestatie werd overigens niet gemeld dat hij beschuldigd werd van het gooien met stenen.
De Officier van Justitie laat de aanklacht van geweld in vereniging vallen, omdat niet kan worden aangetoond dat hij in een groep bezig was. Wel laat hij de beschuldiging van baldadigheid staan, de Officier vond het een weloverwogen actie. Hij eist een veroordeling tot een boete van 150 euro, bij niet-betaling om te zetten in drie dagen hechtenis.
De advocaat (van LaatZeNietLopen) van de arrestant krijgt vervolgens het woord en concludeert dat de verslaglegging in het proces verbaal krakkemikkig is. De verbalisant is niet degene die het proces verbaal heeft opgemaakt en er wordt bovendien geconcludeerd dat de verdachte (later de arrestant) tot tweemaal toe een steen opraapte. En die eieren, passen die binnen de tenlastelegging? Zijn dat harde of zware voorwerpen? Nee. De advocaat eist vrijspraak. Het gooien van eieren is niet ten laste gelegd; het nadeel of het gevaar is gekoppeld aan stenen. Het dossier is te mager. Van twintig meter afstand gegooid, ver weg, een busje ertussen, de gevolgen onduidelijk.
De Officier van Justitie sputtert tegen dat een ei wel degelijk een hard voorwerp is en dat de struis heel vervelend is. De rechter vindt echter eieren geen hard of zwaar voorwerp, maar vond de arrestant toen wel baldadig en veroordeelt hem tot een boete van 100 euro voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. Zowel de arrestant als de Officier van Justitie zijn niet in beroep gegaan.